We maken gebruik van functionele cookies die minimaal nodig zijn om de website goed te laten werken. Met analytische cookies kunnen we het gebruik van deze website beter begrijpen en verbeteren. Je kan analytische cookies weigeren of aanvaarden.

Hoe we met deze informatie omgaan vind je terug in ons privacy- en cookiebeleid.

Deel op facebook

Nieuws en veelgestelde vragen

Nieuws

Bijkomend onderzoek naar verspreiding verontreiniging huisvuilstort

30-08-2024

Op dinsdag 3 september start in de Kleiputten Terhagen een bijkomend onderzoek rond de stopzetting van de verspreiding van vervuilende stoffen zoals PFAS. Het onderzoek bestaat uit boringen en sonderingen in en rond het vroegere huisvuilstort. Om die uit te voeren, moet de toegang vrijgemaakt worden. Daarvoor kregen we een beperkte kapvergunning. Het betreft geen ontbossing, noch de start van de sanering. We verwachten geen hinder voor de omwonenden.

Het onderzoek moet uitwijzen of de omliggende kleidijken het vroegere huisvuilstort in de Kleiputten Terhagen in Rumst voldoende insluiten. We bekijken ook of de – op sommige plaatsen erg dunne – kleilaag bovenop het huisvuilstort de verspreiding van verontreinigende stoffen voldoende tegenhoudt.

Werken op het terrein

Het onderzoek bestaat uit boringen en sonderingen, heel diep in de kleidijken en in de afdeklaag van het vroegere huisvuilstort. Dat gebeurt door een zware boormachine die we zoveel mogelijk via de bestaande paden ter plaatse brengen. Zijn de paden niet breed genoeg, dan maaien we de bramen en worden omstaande bomen gesnoeid. Op het begroeide deel van het huisvuilstort maken we een nieuwe doorgang vrij en moeten dus bomen gekapt worden. Gelukkig gaat het om jonge bomen, wilgen en berken, die spontaan zijn opgeschoten. Experts verzekeren dat die bomen na de werken, als het pad niet meer gebruikt wordt, opnieuw spontaan opschieten dus het gaat niet om loutere ontbossing die tot een kale plek leidt. Het Vlaamse Agentschap voor Natuur en Bos leverde voor de werken een kapvergunning af.

Om het terrein toegankelijk te maken voor een zware boormachine starten de werken komende dinsdag, 3 september. Ze duren vermoedelijk één week. Vanaf half september voeren de machines de boringen en sonderingen uit. Veldwerk dat op verschillende momenten en verspreid over een drietal weken gebeurt. Enkel op de effectieve werkdagen zijn de wandelpaden niet toegankelijk. We verwachten geen hinder voor de omwonenden en vragen iedereen om zich verantwoordelijk te gedragen en dit onderzoek niet tegen te werken. Dat gebeurde wel bij eerder PFAS-onderzoek toen onbekenden enkele peilbuizen die de hoeveelheid PFAS moesten meten, vernietigden.

Eerder onderzoek

De Kleiputten Terhagen in Rumst en Boom bestaan uit een Eternit-stort met asbest, nu eigendom van De Vlaamse Waterweg, een voormalig huisvuilstort, nu eigendom van de provincie Antwerpen, en omliggende gronden. OVAM (de Vlaamse Openbare Afvalmaatschappij) verplicht de grondeigenaars van dit sterk verontreinigde gebied om de bodem te saneren. Daarvoor is het belangrijk om de mate van de verontreiniging en de verspreiding ervan zo goed mogelijk in kaart te brengen. 

Het eerste bodemonderzoek in 2014 stelde vast dat de afdeklaag van het asbeststort sterk verontreinigd is met zware metalen, dat het grondwater verontreinigd is door het huisvuilstort en dat die verontreinigingen zich naar de nabij gelegen Rupel verspreiden. Daaropvolgende bodemonderzoeken en pomproeven leverden heel wat bijkomende inzichten op over de huidige toestand van het stortmateriaal, de soort verontreiniging en de impact ervan.

Elk onderzoek leverde niet alleen bijkomende kennis op, het bracht ook telkens nieuwe vragen naar boven. Zo kwam einde 2023 de aanwezigheid van PFAS in het huisvuilstort en nabij de visvijver aan het licht. De provincie Antwerpen wil met dit bijkomende onderzoek te weten komen hoe de verspreiding van PFAS en andere verontreinigende stoffen optimaal verhinderd of vermeden kan worden. De geplande werken kaderen in voorbereidende onderzoek, het gaat dus nog niet om de bodemsanering zelf.

1 jul

Periodieke controles asbeststort

01-07-2024
Jaarlijkse terreincontrole 2023

Lees het volledige rapport van 2023 of enkel het besluit:

De minimale opgelegde frequentie van terreinbezoeken wordt ruimschoots gevolgd. Bovendien worden bijkomende controles uitgevoerd bij vermoeden van verhoogd risico op verspreiding of blootstelling; De zones waar asbest voorheen dagzoomde en een afdekking (polyesterdoek, houtschilfers of gestabiliseerd zand) werd aangebracht, worden steeds opgevolgd. De aanpak is toereikend; De omheiningen zijn in goede staat en worden op regelmatige basis gecontroleerd. Schade wordt steeds snel herstel; De aanwezige omheiningen hebben nog steeds een sterk afradend effect op toegang tot de stortplaats. De aanwezige omheiningen zijn, rekening houdend met de terreinomstandigheden, zo goed mogelijk geplaatst. Onbedoelde toegang tot het gebied is nauwelijks mogelijk; Omwille van verhoogd risico op verspreiding of blootstelling werden zowel de herstellingen aan de omheiningen als het afdekken van het stort reeds herhaald; Er wordt bijkomend besloten dat, indien de voorzorgsmaatregelen op dezelfde wijze worden opgevolgd en uitgevoerd, er geen bijkomende voorzorgsmaatregelen noodzakelijk zijn.

OVAM verklaarde in maart 2024 akkoord te gaan met dit besluit.

Halfjaarlijkse terreincontrole juni 2024

Lees het volledige rapport of enkel de gewijzigde punten sinds de vorige terreininspectie: 

Op 2 locaties langs het wandelpad ten oosten van het stort zijn bomen omgevallen op de omheining. Op beide locaties werd de omheining hersteld; Enkele houten palen in de omheining tussen observatiepunten 42 en 58 zijn sterk verweerd. Deze staan nog steeds recht maar zijn toe aan vervanging.
29 mrt

Omgevingsvergunning vernietigd: wat nu?

29-03-2024

In 2022 werd onze omgevingsvergunning voor de sanering van de Kleiputten Terhagen en het daaropvolgende landschapsherstel goedgekeurd. In oktober 2022 heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen de vergunning geschorst om ze pas anderhalf jaar later, in februari 2024, te vernietigen.

Schorsing versus vernietiging

De provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg nv bekeken het vernietigingsarrest ondertussen grondig en daaruit blijkt dat de reden voor de vernietiging niet dezelfde is als die voor de schorsing. Bij de schorsing kregen we mee dat ‘op het eerste gezicht’ het terreinonderzoek naar vleermuizen en vogels onvoldoende was, te veel gebaseerd op expertbeoordeling en te weinig op veldwerk. Anderhalf jaar na de schorsing gebeurde de vernietiging op basis van een heel andere argumentatie, namelijk een foute omzetting van Europese regels in de Vlaamse regelgeving over soortenbehoud. De vergunning voldeed wel aan de Vlaamse regelgeving, maar die was niet correct afgestemd op rechtstreeks toepasselijke Europese regels.

Voor de uitvoering van het project moet het Agentschap voor Natuur en Bos goedkeuren dat we afwijken van beschermingsvoorschriften voor bepaalde dier- en plantensoorten (het ‘Soortenbesluit’). Zij nemen die beslissing op basis van een gemotiveerd verzoek. Dat verzoek zouden we indienen na het verlenen van de omgevingsvergunning, zoals de Vlaamse regelgeving voorschrijft. De Raad voor Vergunningsbestwistingen stelt nu dat die ‘Vlaams gangbare’ werkwijze strijdig is met de Europese richtlijnen over milieueffectenrapportage (MER) die zegt dat de informatie over het verzoek tot afwijking, deel moet uitmaken van de integrale milieueffectbeoordeling (MER) vóór de beslissing over de omgevingsvergunning. Bovendien blijkt de Vlaamse procedure strijdig te zijn met het Verdrag van Aarhus dat burgers toegang geeft tot informatie over milieueffecten en inspraak bij besluitvorming in milieuaangelegenheden.

Wat met de vleermuizen en vogels?

Na de schorsing omwille van twijfels over het onderzoek naar vleermuizen en vogels namen we toch al meteen actie en lieten we bijkomend ecologisch terreinonderzoek uitvoeren. Dit terreinonderzoek bevestigt wat de onderzoekers eerder vaststelden, namelijk dat er geen vleermuiskolonies en slechts beperkte aantallen zeldzame fauna en flora in het gebied aanwezig zijn. De jonge bossen, spontaan opgeschoten en bestaande uit wilg en berk, zijn geen mekka voor spechten of andere holbewonende soorten, en daardoor ook niet voor vleermuizen. Je leest er meer over in dit nieuwsitem.

Wat nu?

De sanering van de Kleiputten Terhagen blijft noodzakelijk en de gekozen saneringstechniek houdt stand. De provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg nv onderzoeken nu wat de beste optie is: de oorspronkelijke vergunningsaanvraag bijsturen of een nieuwe aanvraag indienen. De eerste optie bestaat uit het bezorgen van bijkomende informatie aan de Vlaamse minister van Omgeving waarop die een nieuwe beslissing over de vergunningsaanvraag neemt. Het aanvragen van een nieuwe omgevingsvergunning vraagt meer tijd, maar we kunnen het dossier dan bijsturen met alle nieuwe informatie die we sinds de eerste aanvraag (in september 2021) verzamelden. Bij een nieuwe aanvraag maken we ook een nieuw milieueffectenrapport op. Beide opties hebben hun voor- en nadelen. We communiceren de beslissing zodra ze genomen is.

Terreinwagen die boringen doet
19 feb

Sabotage PFAS-onderzoek

19-02-2024

Vandaag blijkt dat de peilbuizen die afgelopen vrijdag (16 februari ’24) werden, door onbekenden vernield zijn. De peilbuizen zijn nochtans nodig om de aanwezigheid en verspreiding van PFAS in kaart te brengen. Het opsporen van bronnen van PFAS en het tegengaan van verdere verspreiding ervan, is van groot belang voor de volksgezondheid. PFAS breken immers niet vanzelf af in de natuur en komen door verdere verspreiding in drinkwater en voedsel, en dus ook in ons lichaam terecht.

Vorige week informeerden we over het geplande onderzoek naar de verspreiding van de PFAS die we einde vorig jaar vaststelden. Onderzoekers plaatsten afgelopen vrijdag extra peilbuizen rondom de stortplaats en op locaties die de erkende bodemsaneringsdeskundige aanduidde. Vanmorgen stelden ze vast dat die nieuwe buizen en een buis die al langer aanwezig was, vernield werden. Ze zijn nochtans nodig om grondwaterstalen te nemen, die samen met bodemstalen rondom de peilbuizen in kaart moeten brengen in hoeverre de PFAS zich in de grond en in het grondwater heeft verspreid. Het is immers van groot belang voor mens en milieu dat we de aanwezigheid en de verspreiding van de PFAS grondig in kaart brengen. We roepen alle burgers op om zich verantwoordelijk te gedragen en dit onderzoek niet tegen te werken.

De provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg leggen over deze feiten klacht neer bij de politie en de bijzondere veldwachters zullen de komende periode extra waakzaam zijn. De recente vaststelling van PFAS versterkt de urgentie en de saneringsnoodzaak van het gebied en bevestigt de eerder als beste gekozen saneringstechniek, namelijk via de afdekking van het stort met folie en grond.

Aanduiding verlaten nest van vermoedelijk zwarte kraai, copyright Greenspot, 13 januari 2023
15 feb

Ecologisch onderzoek bevestigt eerdere vaststellingen

15-02-2024

Foto: Aanduiding verlaten nest van vermoedelijk zwarte kraai, copyright Greenspot, 13 januari 2023

Geen vleermuiskolonies en heel beperkte aantallen zeldzame fauna en flora in een gebied van 35 hectare, dat is de conclusie van het ecologisch onderzoek in de kleiputten van Terhagen. Het weegt helaas niet op tegen de zware verontreiniging met veel impact op de omgeving, zowel op de mens als op het milieu. De saneringsnoodzaak en de gekozen saneringstechniek houden dan ook stand. Voor de herinrichting zetten we maximaal in op kwaliteitsvolle natuur toegankelijk voor wandelaars en fietsers, en aantrekkelijk voor zeldzame fauna en flora.

Bij de schorsing van de Omgevingsvergunning in 2022 kregen we mee dat ‘op het eerste gezicht’ het terreinonderzoek naar vleermuizen en vogels onvoldoende was en te veel gebaseerd op expertbeoordeling. We namen meteen actie en lieten een jaar lang bijkomend ecologisch terreinonderzoek uitvoeren. Zo houden we bovendien de ecologische informatie van het project actueel. Het eerste onderzoek met de expertbeoordeling gebeurde door erkende deskundigen biodiversiteit van Arcadis en door wetenschappers van het Vlaamse Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Het tweede onderzoek deed het ecologisch bureau Greenspot. De stuurgroep van 31 januari 2024 nam kennis van de resultaten.

Bevestiging eerdere vaststellingen

Het grootste deel van het gebied bestaat uit jong zachthoutbos (wilgen, berken, ...) dat geen potentiële vleermuisbomen bevat. Op het talud aan de zuidrand van de visvijver staan een paar oudere bomen met holtes, maar hun stammen zijn nog dun en ze staan niet in een gesloten bos. Dat maakt ze niet geschikt als verblijfplaats voor vleermuizen. Er werd in ieder geval geen zwermgedrag van vleermuizen vastgesteld. Er werden wel enkele solitair jagende vleermuizen gespot.

In het hele gebied zijn er nagenoeg geen grote oude bomen, interessant voor nesten van roofvogels. Verspreid werden enkele (speel)nesten van ekster en een vermoedelijk nest van zwarte kraai waargenomen. Er werden ook broedvogels gespot waarbij enkele vogels van een kwetsbare soort, namelijk de staartmees, de Certti’s zanger, de fitis en de tuinfluiter. Enkele kwetsbare soorten die in 2017 nog in het gebied aanwezig waren, werden niet meer waargenomen, bijvoorbeeld de zomertortel, matkop en nachtegaal.

Wat zeldzame flora betreft, werden op de vroegere groeiplaatsen van gevlekte orchis en bosorchis geen exemplaren meer aangetroffen. Men vond wel een tiental plantjes van het zeldzame klein wintergroen.

Conclusie van het onderzoek: Er zijn geen vleermuiskolonies aanwezig en slechts heel beperkte aantallen zeldzame fauna en flora.  Die conclusie sluit naadloos aan bij het eerdere onderzoek van Arcadis en de wetenschappers van INBO.  Ze was ook volledig voorspelbaar door het jonge karakter van het bos en het exclusief voorkomen van zacht hout wat het gebied (nog) niet aantrekkelijk maakt voor spechten en daardoor ook niet voor vleermuiskolonies.  En door het gebrek aan beheer en de zeer grote dichtheid van het bos zijn ook orchideeënsoorten die van licht houden, verdwenen.

Die conclusie en het gegeven dat de zware verontreiniging door asbest, PFAS en huisvuil zwaar doorweegt op de gezondheid van mens en milieu, nu en op lange termijn, doet de saneringsnoodzaak standhouden. Ook de eerder bepaalde saneringstechniek blijft de beste keuze, zeker omdat ondertussen blijkt dat in het huisvuilstort hoge gehalten PFAS voorkomen waarvoor inkapseling ook de beste techniek is. Na de sanering zullen we het gebied herinrichten naar een nieuw inheems bos met een veel grotere soortendiverisiteit, waaronder ook hardhoutsoorten.  Dat bos zal op termijn ook, en vermoedelijk meer, zeldzame fauna en flora aantrekken.

Een belevingsvol landschap na de sanering

Het landschap dat we na de sanering willen realiseren, bestaat uit een nieuw bos van inheemse loofbomen dat het wilde, reliëfrijke en ruige karakter van vandaag doet herleven. Enkele onverharde en semiverharde paden maken het toegankelijk voor wandelaars, fietsers en beoefenaars van andere laagdynamische recreatie. De heraanleg van trage wegen verbetert bovendien de fiets- en wandelmobiliteit doorheen het gebied.

Het gebied wordt na de sanering ook ecologisch interessanter door de aanleg van een groene  corridor naar de Rupel en de aanleg van een rietmoeras waar momenteel visvijvers voorkomen. De groene corridor omvat een beek, amfibiepoelen, een ruime ecotunnel en bebossing.

Het volledige  gebied zal als een spons voor de omgeving werken omdat de opslagcapaciteit voor water veer groter zal zijn dan vandaag het geval is. Nu heeft het hele gebied immers een bodem bestaande uit afval of uit ondoordringbare klei. In periodes met veel neerslag zal het gebied water opslaan, in plaats van afvoeren naar de Rupel, en wateroverlast stroomafwaarts voorkomen. Dankzij die wateropslag blijven ook in tijden van droogte kleine plasjes staan, die nuttig zijn voor amfibieën. Bovendien vormen het inheemse bos, de groene corridor, de beek, de amfibiepoelen, de ecotunnel en het rietmoeras, de ideale omgeving voor zeldzame fauna en flora.

Het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek (INBO) zal de aanleg van het klimaatbestendige bos, met meer droog bos en tegelijk een verbeterde natte natuurstructuur, begeleiden. Naast de reservering van de nodige middelen moet dat ervoor zorgen dat het bos zo snel mogelijk na de sanering volgroeid is.

Lees het volledige rapport:

Rapport Ecologisch onderzoek Kleiputten Terhagen door Greenspot, dd. 8 januari 2024

Kaart 1a Broedvogels dd 4 april 2023

Kaart 1b Broedvogels dd 1 mei 2023

Kaart 1c Broedvogels 14 mei 2023

Kaart 1d Broedvogels 3 juni 2023

Kaart 2a Broedterritoria watervogels, spechten, duiven

Kaart 2b Broedterritoria zangvogels

 

9 feb

Dit voorjaar extra veldonderzoek

09-02-2024

De komende weken gaan onderzoekers met allerlei materiaal aan de slag voor extra bodemonderzoek. Het gaat niet om de start van de sanering.

Op het huisvuilstort moet onderzoek uitwijzen of de kleidijken rondom het stort voldoende intact zijn. Onderzoekers doen daarvoor manuele sonderingen op de plaats van die dijken. Ze starten er half februari 2024 mee.

Een tweede, groter onderzoek op het huisvuilstort, de pompproef, start later dit voorjaar. Met behulp van gespecialiseerde apparatuur op een vrachtwagen plaatst men onttrekkings- en peilputten in de stortplaats om water op te pompen. Dit water uit de stortplaats, percolaat genoemd, wordt afgevoerd naar een externe verwerker.  De pompproef helpt de onderzoekers om de eigenschappen van het stortmateriaal nog beter te begrijpen. Zo kunnen we de afdekking van de stortplaats met folie en grond, en de afwerking van het landschap volledig technisch detailleren zonder risico op afschuiving, inklinking of uitpersing van percolaat uit de stortplaats. De folie en de afdekking moeten immers intact blijven om tot de meest kwalitatieve sanering te komen. Deze extra onderzoeken van het huisvuilstort gebeuren op vraag van OVAM. Doorgaans gebeuren ze voor de uitvoeringsfase maar na de goedkeuring van de sanering. Gelet op de omvang en complexiteit van de sanering van de Kleiputten Terhagen vervroegen we dit onderzoek en voegen we het toe als technische aanvulling bij het aangevraagde Bodemsaneringsproject.

Daarnaast gaan we rondom het huisvuilstort de verspreiding van PFAS verder onderzoeken. Recent werd immers in de stortplaats PFAS ontdekt. We gebruiken de aanwezige peilbuizen rondom de stortplaats en installeren ook nieuwe op de locaties die de erkende bodemsaneringsdeskundige aanduidde. Onderzoekers zullen grondwaterstalen nemen in die bestaande en nieuwe peilbuizen, en bodemstalen rondom de peilbuizen. Het onderzoek van de stalen brengt in kaart of en hoe ver de PFAS zich in de grond en het grondwater kon verspreiden. We noemen dat ‘het afperken van PFAS’.

De recente vaststelling van PFAS versterkt in ieder geval de urgentie en de saneringsnoodzaak van het gebied en bevestigt de eerder als beste gekozen saneringstechniek, namelijk via de afdekking van het huisvuilstort met folie en grond.

We verwachten voor de omwonenden geen hinder van deze onderzoeken. Je zult de komende maanden op het terrein uiteraard wel de onderzoekers met hun materiaal zien lopen en werken.

8 feb

Omgevingsvergunning vernietigd, voorbereiding sanering gaat verder

08-02-2024

Vandaag vernietigde de Raad voor Vergunningsbetwistingen de in 2022 goedgekeurde vergunning voor de sanering en het landschapsherstel. De provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg zullen het arrest grondig bekijken en bevestigen alvast verder te gaan met dit maatschappelijk belangrijke en ook urgente project.

De omgevingsvergunning van aanvraag tot vernietiging

In september 2021 vroegen de provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg een omgevingsvergunning aan om de Kleiputten Terhagen te saneren en het landschap te herstellen. In oktober 2022 leidde het beroep van drie VZW’s tot de schorsing van de omgevingsvergunning. Volgens de Raad voor Vergunningsbetwistingen zou het onderzoek naar vogel- en vleermuissoorten geen afdoende inventarisatie bevatten en de bescherming van de rustplaatsen en hun onmiddellijke omgeving zou over het hoofd worden gezien.

Na bijna anderhalf jaar besliste de Raad voor Vergunningsbetwistingen om de omgevingsvergunning voor de dringende en noodzakelijke sanering en het landschapsherstel te vernietigen. Hoewel het arrest de saneringsnoodzaak en de gekozen saneringstechniek erkent, motiveert ze de vernietiging met een onvolledig onderzoek naar vogel- en vleermuissoorten dat volgens de project-MER-richtlijn (MilieuEffectenRapport) volledig en vóór de afgifte van de vergunning uitgevoerd moet zijn. 

De vernietiging is dus gebaseerd op een reden die ook al bij de schorsing van de vergunning werd meegegeven en waarop meteen actie is ondernomen. Bijkomend ecologisch onderzoek werd uitgevoerd en de resultaten zijn inmiddels gekend. Ze bevestigen eerder uitgevoerd onderzoek: er zijn geen vleermuiskolonies, noch bijzonder zeldzame fauna en flora aanwezig die invloed hebben op de wijze van saneren.

De urgente saneringsnoodzaak: asbest, zware metalen en PFAS

Het gebied van de Kleiputten Terhagen omvat het voormalige huisvuilstort van de stad Antwerpen dat nu in eigendom is van de provincie Antwerpen, het voormalige asbeststort van Eternit, in eigendom van De Vlaamse Waterweg, en omliggende vervuilde gronden. Een bodemonderzoek stelde reeds in 2014 vast dat de afdeklaag van het asbest sterk verontreinigd is met zware metalen, dat het grondwater verontreinigd is door het huisvuilstort en dat die verontreinigingen zich naar de nabij gelegen Rupel verspreiden.

De bodemsanering is dus geen keuze maar een dringende verplichting, opgelegd door OVAM, die de provincie Antwerpen en De Vlaamse Waterweg al jaren voorbereiden. Zo'n voorbereidend onderzoek bracht einde vorig jaar nog een bijkomende verontreiniging aan het licht, namelijk grote concentraties van PFAS in het huisvuilstort en nabij de visvijver. Dat bevestigt de sanering die we al sinds 2016 willen doorvoeren en die door lokale actiegroepen juridisch wordt aangevochten.

De vernietiging van de omgevingsvergunning betekent dan ook niet dat we de voorbereiding van de sanering stopzetten.

 

25 okt

Bijkomende analyses bodem en water in de kleiputten versterken urgentie sanering

25-10-2023

Op het huisvuilstort werden via de aanwezige peilbuizen stalen genomen en ook het water van de visvijver werd geanalyseerd. Hieronder leggen we uit waarom we deze stalen namen en geven we een overzicht van de reeds ondernomen en de geplande acties.

Geplande pompproef op het huisvuilstort

Op het huisvuilstort is een zogenaamde pompproef gepland. Dit is een test die bedoeld is om de eigenschappen van het materiaal in het stort beter te begrijpen. Deze informatie hebben we nodig om nauwkeurig te kunnen bepalen hoe de grondbelasting, de afdekking met folie en de afwerking van het landschap verder uitgewerkt moeten worden. We willen ervoor zorgen dat de folie en de afdekking intact blijven en zo te streven naar de meest kwalitatieve sanering op lange termijn.

Deze pompproef op zich geeft ons geen kennis over de chemische samenstelling van de stortplaats. Daarom heeft de intendant opdracht gegeven om monsters te nemen via de twee peilbuizen die in het huisvuilstort aanwezig zijn en via één peilbuis in het bos van Terhagen. Deze monstername is nodig omdat het water - dat tijdens de pompproef onttrokken wordt - naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) wordt afgevoerd. Om een geschikte RWZI te vinden dat deze duizenden liters percolaat kan aanvaarden, moet eerst onderzocht worden wat er precies in dat af te voeren water zit.

Percolaat is de vloeistof die uit de gestorte afvalstoffen komt of daarmee in contact is geweest. Het percolaat in deze zone werd op een zeer ruime reeks van mogelijke verontreinigingen onderzocht, waaronder PFAS. 

Resultaten van de analyses

Uit de analyses bleken zeer belangrijke overschrijdingen van de saneringsnorm voor PFAS in het percolaat. In de controlepeilbuis in het bos van Terhagen werd echter geen PFAS vastgesteld.

Het provinciebestuur en de gemeente Rumst willen de terreinen Ceuppens ten zuiden van het stort aankopen. Dit met het oog op een zorgvuldige afwerking van de saneringsafdekking en om de natte natuur meer zuidelijk veilig te stellen. Daarom lieten we een Oriënterend en Beschrijvend Bodemonderzoek (OBBO) uitvoeren door studiebureau Talboom. De aanwezigheid van PFAS werd  door het studiebureau meegedeeld tijdens een werkvergadering op 5 september. 

Talboom stelde vast dat de bodemsaneringsnorm voor het vaste deel van de aarde voor PFAS 20 overschreden is op twee locaties waar ook afval voorkomt, meer bepaald in het noorden aansluitend bij het huisvuilstort.

Ook deelde Talboom mee dat de bodemsaneringsnorm voor grondwater voor PFAS 20 voor vijf van de zeven grondwater-peilputten overschreden is. Hierbij vertoont het grondwater duidelijk hogere concentraties in noordelijke richting ter hoogte van de 2 stortophogingen en het huisvuilstort.

Over deze twee meldingen vond een bestuurlijk overleg plaats op 27 september met de provincie en de beide gemeenten. De resultaten werden er toegelicht en besproken. 
Met het percolaat van het huisvuilstort is in principe geen direct menselijk contact mogelijk. Ook op de terreinen van Ceuppens is er geen zogenaamd ‘humaan toxicologisch risico’. 

Niettemin werd op basis van deze bespreking aan de intendant de opdracht gegeven onmiddellijk een overleg met OVAM te organiseren. Aan de milieuambtenaar van de gemeente Rumst werd gevraagd een waterstaalname in de vijvers van de visclub uit te voeren.  Deze vijvers zijn lager gelegen en een eventuele consumptie van vis zou een bron van menselijke blootstelling kunnen zijn.

Op 2 oktober was er een overleg tussen OVAM, de provincie en beide gemeentebesturen waarop de erkende bodemsaneringsdeskundigen een eerste risico-inschatting toelichtten.


Geen direct gevaar

Wat de vaststellingen van PFAS in het percolaat van het huisvuilstort betreft, stelt de deskundige van Tractebel dat de belangrijkste blootstellingsroute voor PFAS via inname verloopt: door voeding, drinkwater of opwaaiend stof. Omdat rechtstreeks contact met het percolaat in het huisvuilstort niet mogelijk is, gaat hier dan ook geen risico van uit.

Het water in de visvijvers moest geanalyseerd worden, omdat de vijver topografisch lager ligt dan het stort en opname via vissen en voeding theoretisch mogelijk is.

Verwaaiing of vervluchtiging vanuit het percolaat is niet mogelijk. Voor het toegankelijke en onbegroeide deel van de stortplaats waar verwaaiing mogelijk is, werd voorgesteld om stalen te nemen van de toplaag van de bodem. Indien de toplaag vrij is van PFAS is er geen humaan-toxicologisch risico. Indien er wel overschrijdingen zouden zijn, zal met de tool S-Risk bepaald kunnen worden of maatregelen aangewezen zijn.

OVAM sloot zich ter zitting aan bij deze conclusies en bevestigde het belang van staalnames.

Het Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH) werd onmiddellijk gevraagd bodemstaalnames en waterstaalnames in de visvijvers uit te voeren. Dit gebeurde in de week van 2 oktober. De resultaten werden ons vrijdagavond 20 oktober meegedeeld.

 

Resultaten bodemstalen en visvijverstalen

De resultaten over de volledige oppervlakte zijn geruststellend.  De gemeten gehalten voor PFAS zijn lager dan de streefwaarden en kleiner dan de richtwaarde.

De resultaten voor het vijverwater van de visputten vereisen wel maatregelen.  De gemeten waarden zijn weliswaar een fractie van de gemeten gehalten in het percolaat maar overschrijden wel met een factor 2 tot 3 de drinkwaternorm.  In het beproevingsverslag luidt dit als volgt : “In alle monsters wordt de PFAS norm voor drinkwater overschreden”.
De resultaten van deze aanvullende analyses werden besproken op een bestuurlijk overleg, dat plaatsvond op 25 oktober.  Daar werd het volgende beslist:

De burgemeester van Rumst neemt onmiddellijk bestuurlijke maatregelen wat betreft de visvijver, deze houden in:
- de vis uit de vijver niet eten
- zwemverbod (dit geldt sowieso voor alle putten en de vijver in het gebied)
- het water van de vijver niet gebruiken

De bodemsaneringsdeskundige heeft als taak voorzorgsmaatregelen voor te stellen, deze zullen in de loop van volgende week worden doorgevoerd.

 

Geplande acties

Het is nodig om de mogelijke historische verspreiding van PFAS naar de omgeving vanuit de stortplaats, doordat de badkuip die het stort is wellicht af en toe heeft overgelopen, op korte termijn te onderzoeken.  Daarvoor zal een zogenaamd afperkingsonderzoek worden opgestart.  Dat betekent dat rondom de volledige buitencontour van de stortplaats peilbuizen worden geplaatst en het grondwater en de bodem worden bemonsterd.

Als in bepaalde richtingen verhoogde waarden voor PFAS worden gemeten zal in die richtingen via vervolgonderzoek worden afgeperkt zodat duidelijk wordt tot waar en in welke mate er verspreiding van PFAS is.

 

De vaststelling van PFAS in en mogelijks rondom het huisvuilstort versterkt de eerder vastgestelde urgentie en saneringsnoodzaak van het huisvuilstort en bevestigt het behoud van de saneringstechniek, met name via afdekking.

Nieuws

Provincieraad keurt definitief PRUP Groengebied Terhagen Boom goed

23-06-2023

Op de oude kleiputten in Terhagen mag volgens het gewestplan een golfterrein komen. Om het gebied groen en toegankelijk te houden wijzigt de provincie Antwerpen die bestemming naar natuurgebied met zachte recreatie en een kleine zone voor lokale dagrecreatie. De provincieraad stelde daarvoor het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan (PRUP) Groengebied Terhagen Boom vandaag definitief vast. 

Gedeputeerde Luk Lemmens, bevoegd voor Ruimtelijke Ordening, verduidelijkt: “De oude kleiputten in Terhagen, op de grens van Boom en Rumst, zijn een omvang- en reliëfrijk gebied. Geschikt dus voor een golfterrein, wat de Vlaamse overheid in het gewestplan ook als bestemming aangaf maar in werkelijkheid nooit gerealiseerd werd. Met de opmaak van het PRUP Groengebied Terhagen Boom wijzigt de provincie Antwerpen de bestemming naar natuurgebied met zachte recreatie en een kleine zone voor lokale dagrecreatie. Dit wil zeggen dat het gebied groen en toegankelijk blijft.”

Natuurgebied met zachte recreatie dat is bijvoorbeeld wandelen, fietsen, mountainbike, spelen, rust- en natuurbeleving. Kleinschalige infrastructuur om het gebied toegankelijk te maken en voor natuureducatie is ook mogelijk. In de kleine zone voor lokale dagrecreatie is ruimte mogelijk voor bijvoorbeeld een visclub of petanquebanen. Er is geen plek voor verblijfsrecreatie, activiteiten met elektronisch versterkte muziek en geluidsproducerende sporten zoals motor-, auto- of schietsport.

Na een procedure van 2 jaar stelde de provincieraad vandaag het PRUP definitief vast. De Vlaamse overheid buigt zich nu over het definitieve PRUP en heeft 45 dagen de tijd om het PRUP te schorsen of te vernietigen. Doet ze dat niet, dan publiceert de provincie Antwerpen het PRUP in het Belgisch Staatsblad. Veertien dagen na die publicatie gelden de nieuwe stedenbouwkundige voorschriften.

 

Bezoek de webpagina’s over dit PRUP voor meer informatie: www.provincieantwerpen.be/GroengebiedTerhagenBoom 

Nieuws

OVAM bevestigt saneringsnoodzaak en vraagt technische aanvullingen BSP

27-04-2023

Op 23 februari 2022 dienden De Vlaamse Waterweg N.V. en de provincie Antwerpen samen bij de OVAM een Bodemsaneringsproject (BSP) in voor de sanering van het asbeststort en huisvuilstort in de kleiputten van Terhagen via afdichting.

Dit BSP werd in openbaar onderzoek gebracht in de loop van de maanden maart tot juli 2022. Er waren talrijke inspraakreacties waarbij zowel het OBBO (oriënterend en beschrijvend bodemonderzoek), de saneringsnoodzaak, de inhoud van de omgevingsvergunning als het bodemsaneringsproject zelf in vraag werden gesteld.

De OVAM sprak zich over deze BSP-aanvraag uit via een brief gedateerd 8 maart 2023. Deze brief kan je hier integraal nalezen.

Ze vraagt dat het BSP gewijzigd of aangevuld wordt, en bepaalt dat het aldus aangevulde BSP voor 16 februari 2024 opnieuw moet worden voorgelegd.

Deze vraag motiveert de OVAM als volgt:

Allereerst wordt opgemerkt dat er géén elementen of dossiergegevens worden ingeroepen die de saneringsnoodzaak tegenspreken. Die saneringsnoodzaak blijft dan ook overeind.

Wél worden een aantal bezwaren geopperd die de OVAM volgt, en waardoor het ingediende BSP moet worden aangevuld. Ook op basis van eigen bevindingen vraagt de OVAM aanpassingen. Samengevat slaan deze aanvullingen op:

- een betere uitwerking van de milieueffectbeoordeling, in het bijzonder wat het transport van het percolaat betreft;

- het wegwerken van de onduidelijkheid rond de aanwezigheid en stevigheid van de zuidelijke kleidijken;

- bijkomend onderzoek over de stabiliteit en zettingen van de ophogingen;

- meer duidelijkheid over de waterhuishouding, voor, tijdens en na de werken;

- een meer consistente uitwerking en verfijning van de MCA (multicriteria-analyse).

 

De BSP-aanvragers zullen er alles aan doen om deze bijkomende onderzoeksvragen op deskundige wijze te beantwoorden en zo snel als mogelijk een aangevuld BSP in te dienen.

Zij stellen daarbij vast dat de saneringsnoodzaak zelf door de OVAM wordt herbevestigd, en de voorgestelde saneringstechniek door afdichting evenmin in vraag wordt gesteld. 

Zoals steeds zal over het bijkomend onderzoek en de resultaten ervan worden gerapporteerd via onze website.

Hopelijk zullen deze aanvullingen leiden tot een definitief BSP en kan eindelijk tot de effectieve sanering van de storten worden overgegaan.  Tot dan zal het asbeststort afgesloten blijven en wordt er met regelmatige inspecties over gewaakt dat er geen gevaar is voor de volksgezondheid, zoals bevestigd werd via luchtmetingscampagnes.