Skip to main content
home-page
Ga terug naar het overzicht van nieuwsitems

Bijkomende analyses bodem en water in de kleiputten versterken urgentie sanering

Op het huisvuilstort werden via de aanwezige peilbuizen stalen genomen en ook het water van de visvijver werd geanalyseerd. Hieronder leggen we uit waarom we deze stalen namen en geven we een overzicht van de reeds ondernomen en de geplande acties.

Geplande pompproef op het huisvuilstort

Op het huisvuilstort is een zogenaamde pompproef gepland. Dit is een test die bedoeld is om de eigenschappen van het materiaal in het stort beter te begrijpen. Deze informatie hebben we nodig om nauwkeurig te kunnen bepalen hoe de grondbelasting, de afdekking met folie en de afwerking van het landschap verder uitgewerkt moeten worden. We willen ervoor zorgen dat de folie en de afdekking intact blijven en zo te streven naar de meest kwalitatieve sanering op lange termijn.

Deze pompproef op zich geeft ons geen kennis over de chemische samenstelling van de stortplaats. Daarom heeft de intendant opdracht gegeven om monsters te nemen via de twee peilbuizen die in het huisvuilstort aanwezig zijn en via één peilbuis in het bos van Terhagen. Deze monstername is nodig omdat het water - dat tijdens de pompproef onttrokken wordt - naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) wordt afgevoerd. Om een geschikte RWZI te vinden dat deze duizenden liters percolaat kan aanvaarden, moet eerst onderzocht worden wat er precies in dat af te voeren water zit.

Percolaat is de vloeistof die uit de gestorte afvalstoffen komt of daarmee in contact is geweest. Het percolaat in deze zone werd op een zeer ruime reeks van mogelijke verontreinigingen onderzocht, waaronder PFAS. 

Resultaten van de analyses

Uit de analyses bleken zeer belangrijke overschrijdingen van de saneringsnorm voor PFAS in het percolaat. In de controlepeilbuis in het bos van Terhagen werd echter geen PFAS vastgesteld.

Het provinciebestuur en de gemeente Rumst willen de terreinen Ceuppens ten zuiden van het stort aankopen. Dit met het oog op een zorgvuldige afwerking van de saneringsafdekking en om de natte natuur meer zuidelijk veilig te stellen. Daarom lieten we een Oriënterend en Beschrijvend Bodemonderzoek (OBBO) uitvoeren door studiebureau Talboom. De aanwezigheid van PFAS werd  door het studiebureau meegedeeld tijdens een werkvergadering op 5 september. 

Talboom stelde vast dat de bodemsaneringsnorm voor het vaste deel van de aarde voor PFAS 20 overschreden is op twee locaties waar ook afval voorkomt, meer bepaald in het noorden aansluitend bij het huisvuilstort.

Ook deelde Talboom mee dat de bodemsaneringsnorm voor grondwater voor PFAS 20 voor vijf van de zeven grondwater-peilputten overschreden is. Hierbij vertoont het grondwater duidelijk hogere concentraties in noordelijke richting ter hoogte van de 2 stortophogingen en het huisvuilstort.

Over deze twee meldingen vond een bestuurlijk overleg plaats op 27 september met de provincie en de beide gemeenten. De resultaten werden er toegelicht en besproken. 
Met het percolaat van het huisvuilstort is in principe geen direct menselijk contact mogelijk. Ook op de terreinen van Ceuppens is er geen zogenaamd ‘humaan toxicologisch risico’. 

Niettemin werd op basis van deze bespreking aan de intendant de opdracht gegeven onmiddellijk een overleg met OVAM te organiseren. Aan de milieuambtenaar van de gemeente Rumst werd gevraagd een waterstaalname in de vijvers van de visclub uit te voeren.  Deze vijvers zijn lager gelegen en een eventuele consumptie van vis zou een bron van menselijke blootstelling kunnen zijn.

Op 2 oktober was er een overleg tussen OVAM, de provincie en beide gemeentebesturen waarop de erkende bodemsaneringsdeskundigen een eerste risico-inschatting toelichtten.


Geen direct gevaar

Wat de vaststellingen van PFAS in het percolaat van het huisvuilstort betreft, stelt de deskundige van Tractebel dat de belangrijkste blootstellingsroute voor PFAS via inname verloopt: door voeding, drinkwater of opwaaiend stof. Omdat rechtstreeks contact met het percolaat in het huisvuilstort niet mogelijk is, gaat hier dan ook geen risico van uit.

Het water in de visvijvers moest geanalyseerd worden, omdat de vijver topografisch lager ligt dan het stort en opname via vissen en voeding theoretisch mogelijk is.

Verwaaiing of vervluchtiging vanuit het percolaat is niet mogelijk. Voor het toegankelijke en onbegroeide deel van de stortplaats waar verwaaiing mogelijk is, werd voorgesteld om stalen te nemen van de toplaag van de bodem. Indien de toplaag vrij is van PFAS is er geen humaan-toxicologisch risico. Indien er wel overschrijdingen zouden zijn, zal met de tool S-Risk bepaald kunnen worden of maatregelen aangewezen zijn.

OVAM sloot zich ter zitting aan bij deze conclusies en bevestigde het belang van staalnames.

Het Provinciaal Instituut voor Hygiëne (PIH) werd onmiddellijk gevraagd bodemstaalnames en waterstaalnames in de visvijvers uit te voeren. Dit gebeurde in de week van 2 oktober. De resultaten werden ons vrijdagavond 20 oktober meegedeeld.

 

Resultaten bodemstalen en visvijverstalen

De resultaten over de volledige oppervlakte zijn geruststellend.  De gemeten gehalten voor PFAS zijn lager dan de streefwaarden en kleiner dan de richtwaarde.

De resultaten voor het vijverwater van de visputten vereisen wel maatregelen.  De gemeten waarden zijn weliswaar een fractie van de gemeten gehalten in het percolaat maar overschrijden wel met een factor 2 tot 3 de drinkwaternorm.  In het beproevingsverslag luidt dit als volgt : “In alle monsters wordt de PFAS norm voor drinkwater overschreden”.
De resultaten van deze aanvullende analyses werden besproken op een bestuurlijk overleg, dat plaatsvond op 25 oktober.  Daar werd het volgende beslist:

De burgemeester van Rumst neemt onmiddellijk bestuurlijke maatregelen wat betreft de visvijver, deze houden in:
- de vis uit de vijver niet eten
- zwemverbod (dit geldt sowieso voor alle putten en de vijver in het gebied)
- het water van de vijver niet gebruiken

De bodemsaneringsdeskundige heeft als taak voorzorgsmaatregelen voor te stellen, deze zullen in de loop van volgende week worden doorgevoerd.

 

Geplande acties

Het is nodig om de mogelijke historische verspreiding van PFAS naar de omgeving vanuit de stortplaats, doordat de badkuip die het stort is wellicht af en toe heeft overgelopen, op korte termijn te onderzoeken.  Daarvoor zal een zogenaamd afperkingsonderzoek worden opgestart.  Dat betekent dat rondom de volledige buitencontour van de stortplaats peilbuizen worden geplaatst en het grondwater en de bodem worden bemonsterd.

Als in bepaalde richtingen verhoogde waarden voor PFAS worden gemeten zal in die richtingen via vervolgonderzoek worden afgeperkt zodat duidelijk wordt tot waar en in welke mate er verspreiding van PFAS is.

 

De vaststelling van PFAS in en mogelijks rondom het huisvuilstort versterkt de eerder vastgestelde urgentie en saneringsnoodzaak van het huisvuilstort en bevestigt het behoud van de saneringstechniek, met name via afdekking.