Skip to main content
home-page
Ga terug naar het overzicht van nieuwsitems

Stand van zaken voormalig asbeststort

De Vlaamse Waterweg nv nam voorlopige maatregelen om elke vorm van verspreiding  van asbest vanuit het asbeststort ter hoogte van de Bosstraat in Boom tegen te gaan. De plaatsen waar asbest aan de oppervlakte komt, werden gefixeerd en afgedekt met glasvezel-polyesterdoeken met epoxyhars. Daarop kwam nog een extra coating ter bescherming tegen de weersomstandigheden.

Op de steilste zone nabij de parking in de Bosstraat werden houtsnippers aangebracht. Dit is een natuurlijk product waar nog water doorloopt zodat er in de lente planten op kunnen groeien.
Om ervoor te zorgen dat buurtbewoners en recreanten niet in contact kunnen komen met asbesthoudend materiaal werd de opening in de afsluiting dichtgemaakt en het wandelpad afgesloten dat vertrekt ter hoogte van de garageboxen in de Nachtegaalstraat. De prikkeldraad die geplaatst werd aan een steile helling vlak naast het wandelpad werd vervangen door gladde draad zodat dit geen gevaar meer vormt voor voorbijgangers.

Halfjaarlijks wordt door een erkend bodemsaneringsdeskundige een inspectie gedaan van het terrein. Tijdens de luchtmetingen door VITO uitgevoerd t.h.v. de Bosstraat en in de werfzone tijdens de werken werd geen asbest gemeten. Tot eind juni 2020 zullen luchtmetingen uitgevoerd worden in 2 fases (winter en lente) op 2 vaste en 2 tijdelijke meetpunten in de Bosstraat en in de Kapelstraat. Met deze metingen wil De Vlaamse Waterweg nv nagaan of er asbestvezels in de lucht aangetroffen worden. De resultaten van de eerste fase van deze meetcampagne zullen in de zomer 2020 beschikbaar zijn, de resultaten van de tweede fase in het najaar van 2020. Tijdens de controlemetingen op 6 plaatsen aan de omheining werden alvast geen asbestvezels gedetecteerd.


De situatie is momenteel  onder controle en wordt goed opgevolgd, maar voor de definitieve sanering is nog veel grondaanvoer nodig. De partners in het project hopen deze aanvoer via de Oosterweelwerken over het water aan te kunnen voeren om de omgeving niet te zwaar te belasten met grondtransport.